Ik zie, ik zie wat jij niet ziet
Ik zie, ik zie wat jij niet ziet

Hoe ergerlijk. Je gaat gezellig een weekendje weg of een avondje uit in dat prachtig ontworpen hotel of restaurant. Je hebt hiernaar uitgekeken en in eerste instantie ziet alles er piekfijn uit.
En dan opeens gaat een flat screen hard aan of de muziek op 10. Het licht schiet omhoog alsof je ondervraagd gaat worden. De deur naar de afwas staat continue open waardoor je bijna zin krijgt om de spoel zelf te gaan doen.
Op zo’n moment denkt je gast: ‘waar ben ik terecht gekomen?’  ‘ Moet dat nou?’

De verwachting en de ervaring komen niet overeen. Het ziet er fantastisch uit, maar zodra je binnen bent vallen er steeds meer dingen op die niet kloppen. Dingen gaan je irriteren.

 

Het gaat zijn eigen leven leiden

Interieurontwerpers en conceptontwikkelaars maken de mooiste interieurs en concepten. Vooral nu zien zoveel mooie projecten het licht. Ze maken gebruik van de mooiste materialen, stoffen, kleuren en stijlen voor hun hotel of restaurant ontwerp. Inclusief een mooi lichtplan, klimaatcontrole en logische routing voor het personeel. Heel ambitieus en goed bedacht.
Maar als ontwerper of conceptontwikkelaar heb je maar een bepaalde reikwijdte. Zo is je grip op de dagelijkse gang van zaken maar beperkt. Zodra het concept staat neemt de operatie over en gaan dingen hun eigen leven leiden. En dat vaak tot ergernis van de gast.

 

De moeilijkst beheersbare factor is de mens

Stijlen en kleuren worden nog wel begrepen door iedereen, maar bij elementen als licht, temperatuur, akoestiek, muziek, tocht en zelfs geur, heeft elk mens een andere perceptie. Dat is een grijs gebied waar je snel de plank mis kan slaan. De mens is onbewust erg sensitief. Terwijl je gast ontspannen geniet, zit je personeel in een veel hogere energie. Je personeel zal al snel de kachel lager zetten, de verlichting hoger en die lastige deur naar de afwas open zetten. Of een lekker uptempo nummer opzetten, want dat werkt zo lekker.

” Zo was de drukste avond in het Franse restaurant van mijn ouders de zondagavond. Steevast tunede mijn eigenzinnige vader de radio in op voetbal en wel met de volumeknop op 10. Ik zag dan de gasten hun wenkbrauwen fronsten, maar mijn vader dacht dat iedereen van voetbal hield.
Toen ik oud genoeg was om mee te helpen in de zaak, was het eerste wat ik deed; de radio uit. Omdat voetbal absoluut niet paste bij het restaurant en de sfeer niet ten goede kwam. Dat werd natuurlijk een krachtmeting. Radio aan, radio uit. Uiteindelijk heb ik de radio gesaboteerd zodat we alleen nog maar het cassettedek konden gebruiken. Achteraf hebben we er nog vaak over gelachen.”

 

Wie ziet het?

Noem het bedrijfsblindheid, gebrek aan inlevingsvermogen of desinteresse. Maar meestal hebben wij in de horeca het gewoon niet in de gaten!
Je hebt iemand nodig die dit overziet, die kan handelen en beslissingsbevoegd is. In welke fase je ook zit. Of je nu een nieuw horecaconcept opzet, gaat verbeteren of gewoon wilt dat het goed blijft draaien. Iemand moet zicht hebben op het gehele plaatje en zorgen dat alles naadloos in elkaar schuift. Door je elke dag af te vragen of wat gisteren goed was, morgen ook nog goed genoeg is. Iemand die de ergernissen die je na een tijd niet meer ziet, toch blijft opsporen en verhelpen.

Uiteindelijk gaat het erom dat je horecaconcept samenhang heeft. Er hoort een rode draad door je bedrijf te lopen die mensen herkennen. Je moet je verhaal uitdragen en een beleving creëren zodat jouw gast zich volledig en ongestoord in de gewenste ambiance kan onderdompelen. Maar wie het bij jou die het allemaal overziet?

Succes
Monique van Gevelt